De ezel die Jezus geboren zag worden
In een donkere stal in de omgeving van Bethlehem stond een ezel. Meestal was hij bij de schaapskudde om de schapen te beschermen tegen wolven. Deze nacht stond hij op stal. Voordat het donker werd had hij nog gegeten uit de voerbak. De ezel was gaan liggen om te slapen. En toen in die stille stal ging de deur open. Een jonge man en vrouw kwamen binnen. Nieuwsgierig keek de ezel toe. De vrouw ging liggen op een bed van doeken en stro. De man zat naast haar en hield haar hand vast. Na een tijdje hoorde de ezel een vreemd geluid. Het was het huilen van een baby. De mensen waren blij! Ze wikkelden het kindje in doeken en legden het in zijn kribbe!
Het was niet meer donker in de stal, een helder licht doorbrak het duister. Later kwamen er herders naar de stal. De ezel dacht dat ze hem kwamen halen. Maar ze kwamen om het kindje te bekijken! Er kwamen wijze mannen uit het Oosten. Ook zij knielen bij het kindje neer. Ze eren Hem met geschenken. Maar de eerste die Jezus zag, was een ezel die niet praten mag. Maar als hij praten kon, zoals de ezel van Bileam, dan zou hij zingen met het engelenkoor. Met zijn IAH zingt hij mee, hallelujah!
*het schilderij is De aanbidding der herders van Jan Steen en is te zien in het Rijksmuseum